Afspraken & Privacy

Medische gegevens worden strikt vertrouwelijk behandeld. Het medisch dossier bewaren we 20 jaar, zoals wettelijk verplicht. Overige persoonsgegevens worden maximaal 2 jaar na uitdiensttreding bewaard, of korter als ze niet meer nodig zijn. Zo zorgen we voor zorgvuldige én veilige gegevensverwerking.

Dat kan alleen in overleg met de werkgever en alleen bij een dringende reden. Onze artsen hebben een volle agenda, dus afspraken verplaatsen we alleen als het écht niet anders kan. Een wijziging moet worden ingediend door HR of de leidinggevende. Niet (tijdig) afmelden? Dan zijn we helaas genoodzaakt kosten in rekening te brengen.

Bij een afspraak met de bedrijfsarts is identificatie verplicht. Dit is nodig om zeker te weten dat medische informatie aan de juiste persoon wordt gekoppeld. Wettelijk gezien mogen zorgverleners, om een ID vragen. Privacy en zorgvuldigheid staan hierbij voorop.

De bedrijfsarts deelt géén medische gegevens met de werkgever. Wel volgt er een functionele terugkoppeling: wat zijn de beperkingen en mogelijkheden? Hoe lang gaat het herstel duren? En welke ondersteuning is nodig om de re-integratie te bevorderen? Zo blijft de privacy van de medewerker beschermd én heb je als werkgever de juiste handvatten.

Nee. Alleen de bedrijfsarts en praktijkondersteuner bedrijfsarts hebben toegang tot medische informatie. Werkgevers ontvangen uitsluitend functionele informatie over belastbaarheid en inzetbaarheid. Medische gegevens zijn strikt vertrouwelijk en vallen onder het medisch beroepsgeheim.

Een arbeidsdeskundig onderzoek brengt in kaart wat een medewerker nog wél kan doen en hoe werkhervatting mogelijk is. De arbeidsdeskundige spreekt zowel met werkgever als werknemer en bekijkt eventueel de werkplek. Op basis hiervan volgt een helder advies, vastgelegd in een arbeidsdeskundig rapport. Zo weet je als werkgever precies waar je aan toe bent én hoe je verantwoord de re-integratie kunt begeleiden.

Een medewerker is arbeidsongeschikt wanneer hij of zij (tijdelijk) niet in staat is om het eigen werk volledig uit te voeren door ziekte, zwangerschap of bevalling. De bedrijfsarts stelt vast of er sprake is van arbeidsongeschiktheid en in welke mate. Dit gebeurt op basis van medische gronden.

Zeker. Onze casemanagers hebben ruime ervaring met het begeleiden van werkgevers die eigenrisicodrager zijn voor de Ziektewet.  We bieden ondersteuning die voldoet aan alle wettelijke eisen én past bij jouw organisatie.

De bedrijfsarts is dé expert op het snijvlak van werk en gezondheid. Hij beoordeelt of iemand arbeidsongeschikt is, geeft advies over passende inzetbaarheid en begeleidt bij re-integratie. Ook kan hij preventief worden ingeschakeld – nog voordat er sprake is van verzuim. Dat voorkomt vaak uitval. Daarnaast speelt de bedrijfsarts een rol bij keuringen.

Een arbeidsdeskundige kijkt naar de mogelijkheden in werk op basis van het advies van de bedrijfsarts. Hij heeft geen inzicht in het medisch dossier. Hij beoordeelt samen met jou en de medewerker welke mogelijkheden er zijn om (gedeeltelijk) te werken. Hij adviseert over re-integratie binnen de eigen functie, of – als dat niet lukt – over passend werk bij een andere werkgever (het tweede spoor).

Soms zit verzuim niet alleen in het lijf, maar in de situatie. Denk aan financiële zorgen, relatieproblemen of rouw. Een bedrijfsmaatschappelijk werker helpt om deze persoonlijke omstandigheden bespreekbaar te maken en de impact op het werk te verminderen. Dat voorkomt vaak langdurige uitval en versnelt herstel.

Een preventiemedewerker helpt jou als werkgever om risico’s op de werkvloer te signaleren en te verkleinen. Deze rol is verplicht binnen elk bedrijf met personeel. Hij of zij is nauw betrokken bij de RI&E en adviseert over preventieve maatregelen voor een veilige en gezonde werkomgeving.

De casemanager is de verzuimbegeleider voor zowel werkgever als werknemer.  De casemanager ziet toe of de gemaakte afspraken vastgelegd worden in het plan van aanpak en ook worden nageleefd. De Casemanager is het aanspreekpunt en bewaakt de verzuimprocessen  van de wet verbetering poortwachter.

De Praktijkondersteuner Bedrijfsarts (POB) werkt intensief samen met de bedrijfsarts en ondersteund hen in het uitvoeren van de taken. De POB werkt in het verlengde van de bedrijfsarts en kan onder taakdelegatie zelfstandig een spreekuur voeren. De bedrijfsarts blijft eindverantwoordelijk voor de advisering en begeleiding.

Nee. PMO-uitslagen zijn strikt vertrouwelijk en alleen zichtbaar voor de werknemer zelf. Als er minimaal 14 medewerkers meedoen, kan er een anonieme groepsrapportage worden opgesteld. Deze biedt inzicht op organisatieniveau, zonder individuele gegevens.

Een Preventief Medisch Onderzoek (PMO) is een gezondheidscheck die inzicht geeft in o.a. energie, leefstijl, werkvermogen en werkgerelateerde risico’s. Het helpt medewerkers om gezonder te werken én geeft jou als werkgever de kans om risico’s op de werkvloer te signaleren.

Nee, een PMO (Preventief Medisch Onderzoek) is vrijwillig. Als werkgever ben je wél verplicht het aan te bieden. Deelname geeft medewerkers waardevolle inzichten in hun gezondheid en werkvermogen. Jij toont als werkgever betrokkenheid en werkt aan duurzame inzetbaarheid. 

Een werknemer mag zonder medeweten van de werkgever een preventief spreekuur aanvragen bij de bedrijfsarts of POB. Jij als werkgever ontvangt hiervan géén terugkoppeling. Wel ben je verplicht om medewerkers actief te informeren over deze mogelijkheid. Dit is onderdeel van goed werkgeverschap en opgenomen in de Arbowet.

RI&E staat voor Risico Inventarisatie & Evaluatie. Elke werkgever (behalve een zzp’er) is wettelijk verplicht om de arbeidsrisico’s binnen de organisatie in kaart te brengen. De RI&E helpt je om gericht maatregelen te nemen en een veilige en gezonde werkomgeving te creëren. Wij kunnen je hierbij ondersteunen, ook bij het toetsen van een bestaande RI&E.

Met een actuele RI&E voorkom je ongelukken én boetes. Je brengt risico’s in beeld en maakt een plan van aanpak om die aan te pakken. Zo werk je actief aan gezonde arbeidsomstandigheden én voldoe je aan de Arbowet.

Een Functionele Mogelijkheden Lijst (FML) laat zien wat een medewerker fysiek en mentaal nog aan kan. De FML wordt opgesteld door de bedrijfsarts en vormt een belangrijk uitgangspunt bij re-integratie. Het draait niet om wat iemand niet meer kan, maar juist om de mogelijkheden. Zo kun je gericht kijken naar passend werk of aanpassingen binnen de functie en kunnen naast elkaar lopen.

Bij langdurig verzuim start de re-integratie altijd in het eerste spoor: terugkeer bij de eigen werkgever, eventueel in aangepast werk. Lukt dat niet? Dan volgt het tweede spoor: re-integratie bij een andere werkgever. Dit is wettelijk verplicht als er geen passende opties meer zijn binnen de eigen organisatie. Beide sporen vragen om duidelijke afspraken en goede begeleiding.

Verzuimbeheer is het actief volgen, registreren en begeleiden van verzuim. Maar het is meer dan dat: het draait ook om preventie. Hoe houd je je medewerkers vitaal, betrokken en inzetbaar? Door goed verzuimbeheer voorkom je langdurige uitval en houd je grip op de kosten. Bij FleXverzuim pakken we dat samen met jou aan – praktisch, persoonlijk en professioneel.

Efficiënt verzuimbeheer betekent: snel schakelen, slimme processen en persoonlijk contact. Met duidelijke afspraken, passende begeleiding en de inzet van specialisten zorgen we dat medewerkers op een verantwoorde manier (weer) aan het werk kunnen. En dat je organisatie blijft draaien.

Goede verzuimbegeleiding herken je aan:

- Minder en korter ziekteverzuim.
- Duidelijk inzicht in verzuimcijfers en trends.
- Tevreden medewerkers en leidinggevenden.
- Een proactieve aanpak, waarbij preventie net zo belangrijk is als herstel.

Ziekteverzuim kost geld. Denk aan loondoorbetaling, productieverlies, vervangingskosten en administratieve belasting. En vergeet ook mogelijke boetes bij onjuiste opvolging van de wetgeving niet. Door te investeren in verzuimpreventie en een goede aanpak, bespaar je op de lange termijn aanzienlijk.

WIA staat voor Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen. Deze regeling is er voor werknemers die langdurig ziek zijn en (gedeeltelijk) niet kunnen werken. Onder de WIA vallen twee uitkeringen: de WGA (gedeeltelijk arbeidsgeschikt) en de IVA (volledig en duurzaam arbeidsongeschikt). Het UWV beoordeelt na twee jaar ziekte of je medewerker hiervoor in aanmerking komt.

Bij een ziekmelding hoef je als medewerker géén medische details te delen met de werkgever. Wel belangrijk is: wat kan iemand nog wél? En hoe ziet het herstel eruit? Dat helpt om samen te zoeken naar een passende oplossing. Voor medische vragen is de bedrijfsarts er.

Ben je het niet eens met het advies van de bedrijfsarts? Dan kun je als werkgever of werknemer een deskundigenoordeel aanvragen bij het UWV. Dit is niet bindend, maar geeft wel richting en duidelijkheid. Ook overleg met elkaar kan helpen om tot een gezamenlijk besluit te komen.

Wordt een medewerker ziek tijdens de vakantie? Dan gelden dezelfde regels als bij ziekte op reguliere werkdagen. Bij ziekte in het buitenland is een medische verklaring van een lokale arts nodig om met de bedrijfsarts te overleggen. Hierin moet o.a. staan wat er aan de hand is en of reizen verantwoord is. In overleg kunnen vakantiedagen later worden ingezet.